088 / BUIKSLOTERHAM BSH20F / AMSTERDAM

Project BSH20F is een circulair woon/werkgebouw in Amsterdam Buiksloterham. Het refereert qua typologie lichtelijk aan het NYC Spring Street 101 loftgebouw, daterend uit het eind 19e eeuw. Het complex vormt de noordelijke beëindiging van kavel 20 die gelegen is aan de Ridderspoorweg, tussen de Papaverweg en de kade langs het Johan van Hasseltkanaal. De kavel wordt aan de westzijde begrensd door de (toekomstige) Boterbloemstraat. Het complex bestaat uit drie bouwdelen: een toren met loftappartementen en dubbelhoge cascolofts, een laag bouwdeel met dubbelhoge patiolofts met dakterras en een parkeervolume met daarboven een daktuin. In de plint bevinden zich dubbelhoge werkunits, fietsenbergingen en een tweelaagse parkeergarage. Leidmotief van het ontwerp is een open structuur met gevarieerde mix van flexibel indeelbare woningen te realiseren, met grote buitenruimtes in de vorm van een balkon, hoftuin, patio of dakterras. De inwendige verdiepingshoogtes variëren van minimaal drie meter tot ruim vijfeneenhalve meter. In de hoogste delen zijn met insteekvloeren ruimtelijke ‘superlofts’ gecreëerd.

Het complex is opgetrokken in een normaalformaat strengperssteen in een zwart/roodbruine sortering die refereert aan de industriële geschiedenis van Buiksloterham. Het casco is van beton met een toeslag van gerecycled granulaat. De vloerranden zijn voorzien van zwart gepigmenteerde betonbanden die aan de oost-, zuid- en westzijde van de toren uitkragen als overhoekse balkons. De balkons bieden royale buitenruimtes en zorgen voor vaste zonwering in de zomermaanden. De bovenste bouwlaag heeft in de betonband ‘weggedetailleerde’ screens. De gevelopeningen bestaan uit verdiepingshoge aluminium ramen, met aan de zuidgevel grote aluminium schuifpuien. Het metselwerk heeft een rijke plastiek met naar voren liggende, smalle penanten en een, naar achter liggend, spiegelvlak aan één zijde van de gevelpui. Er zijn subtiele verschillen in ritmiek en proportie van de gevels tussen de toren en het lage bouwdeel. De hoofdentree wordt geaccentueerd door de puien daar terug te leggen. Hierdoor onstaan er beschutte nissen. De hoofdentree van het complex wordt geaccentueerd doordat de puien daar terug liggen, waardoor er beschutte nissen ontstaan.

Er is veel zorg en aandacht besteed aan de afwerking binnen het gebouw. Voor de algemene ruimtes is per bouwlaag een lambrisering in kleur aangebracht, met kleuren afkomstig uit de terrazzo vloerafwerking. Huisnummers zijn als betonnen hoekstenen in de metselwerk penanten opgenomen. Binnen het gebouw zijn door meerdere (interieur)architecten en ontwerpers enkele bijzondere woninginterieurs ontworpen, waaronder Studio Linse, Studio Lumens, Studio Jeroen van Mechelen, Faudet Harrison en i29.